Van Toen en Straks: Een bijzonder afscheid van Emile Verhey

14 juni 2014

Op 14 juni 2014 vond in het volledig gevulde auditorium van het Catharijneconvent een bijeenkomst plaats onder de titel ‘Van Toen en Straks’ waarmee afscheid werd genomen van Emile Verhey als secretaris van het Episcopaat.
Corine Brouwer (Collegiaal Bestuur) opende de bijeenkomst met een welkomstwoord waarin de humor niet ontbrak en die lijn werd voortgezet door alle sprekers.
Marieke van Schijndel, conservator van het Catharijneconvent vertelde over de komst van Richard de Beer in mei 2013 als conservator van het Oud-Katholiek erfgoed, waarvoor Emile zich sterk heeft gemaakt en waarmee zijn grote wens werd vervuld.
De titel van de lezing van de heer De Beer was: ‘Alice in Wonderland’ een inmiddels gevleugeld woord afkomstig van Emile, die hem vaak vroeg: ‘Wat heeft Alice nu weer in petto voor mij?’ De heer De Beer vertelde over en liet afbeeldingen zien van de vele verrassingen die hij tegenkwam op zijn tocht langs de parochies, zowel voorwerpen als textiel en dat het een Oud-Katholieke gewoonte blijkt te zijn om zaken te verplaatsen naar of te ruilen met andere parochies. En passant meldde hij dat er volgend jaar een tentoonstelling komt over Middeleeuws textiel, met hopelijk vele Oud-Katholieke bijdragen (een plagende waarschuwing: de kerkbesturen krijgen een brief!).
Na een muzikaal intermezzo van het Brown Jazz Trio was oud-conservator Casper Staal aan de beurt, die een beeld schetste van de geschiedenis van het Oud-Katholiek museum door de jaren heen tot de eindbestemming in het Catharijneconvent. Ook hij liet beelden zien van bijzondere voorwerpen uit de O.K.-collectie en vertelde dat het soms gebeurde dat parochies bruiklenen weer even terug wilden voor een bijzondere viering. De gebruikers moesten daar niet te ‘lichtvaardig’ over denken omdat bijv. de koorkap van David van Bourgondië 14 kg weegt en door de ouderdom zeer kwetsbaar is (ca. 1450 – 1475).
Na een korte pauze met muziek nam bisschop Dick Schoon het woord met een overzicht van de levensgeschiedenis van Emile vanaf de Leidsche pastorie en de werkzaamheden voor het Episcopaat (op de zolder) tezamen met zijn echtgenote Grete en de overgang naar een eigen bisschoppelijk bureau in het Seminarie aan de Wilhelminalaan in Amersfoort, een geschiedenis van 35 jaar. Bisschop Dick noemde de grote loyaliteit van Emile aan de kerk en aan degenen die leiding geven. Hij is het wandelende geheugen en wil de kerk vooruit helpen, maar hij heeft ook een hekel aan ‘onzin-dingen’ en kon dat op een bijzondere manier laten blijken. Emile kreeg als dank een reischeque overhandigd: ‘Vele wegen leiden naar Rome’.
Ook had bisschop Schoon een woord van dank aan Wim Roobol die vele jaren als vrijwilliger de centrale financiële administratie heeft verzorgd, een gewaardeerde steun van Emile. Betty en Wim ontvingen een attentie.
Hierna was de beurt aan Anne Maaike Folkers, 2e secretaris en trouwe kantoorgenote van Emile. Haar voordracht had de titel ‘Beestenboel op het bisschoppelijk bureau’. Na een hilarisch verhaal met gemanipuleerde beelden van dieren, de eerste was Emile als hond met bril (trouw en waakzaamheid), gevolgd door de spin, mier, duif, vis en de kreeft, alle met bijzondere eigenschappen, ontving Emile een speciale sleutel als toegangssymbool voor zijn eigen internetpagina waarop iedere dag een bijdrage zal worden geplaatst.
Aartsbisschop Joris Vercammen was de volgende spreker met een bijzondere mededeling namens het Metropolitaan Kapitttel, de toekenning van de hoogste kerkelijke onderscheiding, de Sint Maartens penning. Op de penning staan o.a. de woorden ‘loyaal’ en ‘bewogen’ vermeld. Emile heeft in zijn loopbaan 8 bisschoppen en 4 thesauriers-generaal ‘versleten’.
De deken van het Kapittel, Wietse van der Velde las de oorkonde voor en hield een korte toespraak, die ook eindigde met een reiscadeau, de bestemming Capri (via Rome).
Tenslotte was het de beurt aan Emile zelf, die begon met iets wat grote indruk op hem had gemaakt, de brand in de St. Vituskerk in Hilversum op 27 januari 1958. Zijn vader nam spullen mee naar huis om te redden wat er nog te redden viel. Emile is opgevoed met bezoeken aan een lange reeks van kerken en memoreert daarbij dat hij zijn kinderen hetzelfde heeft ‘aangedaan’. Voor bisschop Joris had hij nog een bijzonder cadeautje, een groene gieter, zodat hij voortaan zijn eigen planten kan water geven. Allerlei woorden van dank kwamen voorbij, aan het museum, Wim, de bisschoppen en aan twee bijzondere vrouwen, thuis echtgenote Grete en op kantoor Anne Maaike met wie hij vele jaren, met een lach en een traan, heeft samengewerkt en die hij een aandenken overhandigde.
Emile zou Emile niet zijn als hij geen bijzonder slotwoord had: ‘Levende vrijwilligers zijn het erfgoed van de kerk. Bisschoppen, hou ze in ere!’

Daarna was er gelegenheid voor een korte rondleiding door het museum en om elkaar te ontmoeten in het Museumcafé waar Emile niet alleen werd verrast met de nodige cadeaus maar ook met bijzondere muzikale en humoristische intermezzi (zie daarvoor de foto’s).

Het was een bijzondere bijeenkomst, een bijzonder mens waardig!

NB Op de website van de landelijke kerk staan prachtige foto’s van Dio van Maaren, klik hier!