Witte Donderdag

17 april 2014

OP DE AVOND VAN WITTE DONDERDAG

Op de avond van Witte Donderdag verzamelen wij ons om de altaartafel. Wij zijn als het ware tegenwoordig in de zaal van het laatste avondmaal. Het is de avond, waarop Jezus met zijn leerlingen het paasmaal vierde. De avond vóór zijn lijden en sterven. De avond waarop hij brood brak en de beker liet rondgaan en zei: “doe dit voortaan tot mijn gedachtenis.” Net als de vrienden indertijd bij Jezus, zijn wij verzameld om onze Heer, die ons de grote daden heeft geleerd van God, die redt en bevrijdt en leven geeft. Daarom is er dankbare vreugde in ons hart.Dat is te zien in de liturgische kleur wit. Dat is te horen in de klanken van het “Gloria” en het luiden van de klok.
Maar later breekt die vreugde af. Het orgel zwijgt en ook de klok.
Na het breken en delen van brood en wijn, is het een oud gebruik om op Witte Donderdag als gelovigen in stille aanbidding te zijn bij het uitgestalde sacrament, het lichaam van Christus, voor ons gegeven. Er is verdriet om de weg, die de Heer gaat, de weg naar Gethsemane, waar Hij wordt uitgeleverd in de handen van de mensen. Er is verdriet om het onvermogen van mensen om nabij te blijven. Het wordt leeg en donker. Daarom wordt aan het einde van de dienst het altaar ontdaan van het licht en de witte kleden. Daarom eindigen we in stilte. De stilte, die geen woorden weet om uit te zeggen wat onzegbaar is.

Bij de afbeelding:
Afbeelding van een schilderij van Sieger Köder: het laatste avondmaal. Jezus zelf is niet zichtbaar. Alleen zijn handen, die brood uitdelen. En zijn spiegelbeeld in de beker. Het licht valt van hem, de rabbi Jezus, op de vrienden. Er gaat glans van hem uit. De onrust is wat weg, want de verrader verlaat net de ruimte, in donker gehuld. Broodstukken op tafel om de honger te stillen, met de schaduw van het kruis op de ondergrond. Brood delen en wijn drinken in het teken van het kruis geeft de diepste verbinding met het mysterie. Ze doen het, omdat Hij het zegt. “Doet dit tot mijn gedachtenis”.
Samen komen om brood te breken, van laatste avondmaal tot eucharistieviering, centrum van alle liturgie. Het spiegelbeeld kunnen we nu alleen nog zien met innerlijke ogen. Hier gaat het om: Hij is midden onder ons.